Hanz Mirck 

      laatste update 20 juni 2004 (click for English version)


     Previous Home Next

biografie gedichten: contact
  Hemelrijk, 2004  
  Geluksvis, 2003  
  Iris, 2003  
  Debuut, 2003  
  Het geluk weet niets van mij, 2002  
  Een glazen deur liep door mij heen, 2002  
  Kome de nacht, 2002  




BIOGRAFIE

Hanz Mirck, woonachtig te Arnhem, werd geboren op die zonnige 8ste april 1970 te Zutphen. Hij studeerde Nederlands aan de Universiteit Utrecht. Zijn scriptie over de overeenkomsten tussen de teksten in Bredero's Groot Lied-boeck en van de popgroep Doe Maar resulteerde in Dit is alles. De teksten van Doe Maar en andere stukken (Nijgh & Van Ditmar, 2000).
Na zijn studie hield hij zich enige tijd met cabaret bezig. Hij was manager en technicus van het cabaretduo Zus & Zo, die onder andere de Persoonlijkheidsprijs van het Gronings Studenten Cabaretfestival en de Eerste prijzen van de Pytische Spelen en het Limburgs Cabaretfestival wonnen. Daarna won hij zelf met cabaretier Bernhard Christiansen het Utrechts Cabaretfestival en de tweede prijs van het Eindhovens Cabaretfestival.
Voor de stichting Post Zutphen organiseert hij jaarlijks een poëziefestival en ook coördineert hij voor de Zutphense gemeentelijke literaire stichting alle optredens. Hij is werkzaam voor de Ida Gerhardt Poëzie Prijs en lid van verschillende literaire jury’s. Met Margot Engelen maakte hij de bloemlezing Wat is natuur nog in dit land.
Met zijn proza, poëzie en columns viel Mirck herhaaldelijk in de prijzen; hij publiceerde o.a. in Pooster, Nedwerk, Het Ei, www.nulnul.nl, Parmentier, Vrij Nederland, en Mens & Gevoelens. In augustus 2002 debuteerde hij met de dichtbundel Het geluk weet niets van mij bij uitgeverij Vassallucci, die door Gerrit Komrij en Neeltje Maria Min al uitgeroepen is tot 'aanrader' voor Komrij's Poëzieclub. Het boek werd genomineerd voor de C. Buddingh'-prijs 2003.

Anderen over zijn werk
'De zelfspot wijst hem de goede weg. Deze poëzie vraagt erom voorgedragen te worden. De grote verdienste van deze dichter is daarbij dat hij het vooroordeel dat performance-poëzie altijd makkelijke, eenduidige poëzie is, ondermijnt.'
Liesbeth Eugelink, juryrapport SNS-literatuurprijs 2001

'Degelijk en veelzeggend'
Judith Eiselin, NRC Handelsblad, 6-4-1999

'Ben onder de indruk. (...) Zo horen gedichten te zijn: vreemd en nieuw.'
Albertina Soepboer

'Erg mooi, toegankelijk, lief, verwarrend, bizar en vol humor.'
Paul Haenen


Zie tevens www.hanzmirck.web-log.nl
en raadpleeg ook www.google.com voor meer over Hanz Mirck.

terug naar boven


HEMELRIJK

                  Voor Thé Lau, voor Iris

In het midden van mijn leven kwam ik
op een open plek. Er stond een bord: McDonald's
in de verte klonk muziek

Alleen was ik daar niet: zij was bij me
we namen een kamer in het hotel -
thuis hebben we immers geen bad

Het woord 'altijd' is net als het woord 'nooit'
bedacht door een dichter, de ziel is groter
dan het hart, het hart groter dan de wereld
Nog altijd rekenen filosofen zich erop stuk

Ineens zag ik waarom de dingen zijn zoals het is
Niet schrijven om zo voor altijd te willen blijven,
niet de weg vinden in het bos,
niet om de muziek alleen

Water is zoet. Het woord 'eeuwig'
is een kamer in het hotel. De hemel
is een open plek. Ik ben hier om haar haren te wassen,
haar mooie zachte haar


© Hanz Mirck, 2004

terug naar boven



GELUKSVIS

                  bij de arrestatie van Saddam Hoessein

                       Voor Iris

De tiran is gepakt maar ik voel alleen maar mijn buik.
En de jouwe. De dictator ziet de gerechtigheid
die hij aan miljoenen ontzegde onder ogen
maar ik word niet blijer dan ik was.
Zij die streven naar een vrije maatschappij
kozen de winnende kant; ik denk alleen maar aan mijn buik.

Verwilderd zag hij eruit, een baard en geen toilet. Ik kijk
naar de geluksvis die jij me gaf. Spreken kan hij niet
wel zachtjes klingelen om geluk, in de wind
door het open raam.
De zekerheid dat de duivel niet terugkeert
neemt de schaduw die over het volk lag weg

Maar zelfs als het belletje stil hangt is jouw geluk er
Al zwijgt de dictator en toont hij geen berouw
Al heeft hij geen toilet. Zou mijn buik kunnen klingelen
dan deed hij het, deed hij het voor jou


© Hanz Mirck, 2003

terug naar boven



IRIS

Het jongetje dat ik ben staat op een stoel
op een stoel.
En een lamp. Daar bovenop
staat ie

In de bovenste boeken van de kast staan schilderijen
Dames met blaadjes voor hun bloot. Hij reikt
naar daar weer boven naar de globe die daar staat
Pakt hem beet en tilt: jij bent de aarde en wat daarbij is

                                    De stoel,
                      nog één,
                                         de lamp
                                    hij
                                              wankelt
Wijdopen breekt licht door de glazen globe - haar schrik
om hoe zij bijna in duizend scherven, in alle kleuren.
En ineens, in de diepte daarbinnen, ziet hij dat ik het ben

en dat jij, jij, mij vasthoudt, het jongetje voor wie heel de wereld
nog te groot en de landen en de routes over zee, lagen verf
over wat zij inhoudt; neem mij weer, wacht nog even
voorzichtig schuif ik hem terug

Op de grond kijk ik nog één keer omhoog
De schilderijen, de wereld, en wat haar handen zeiden
wat met mijn ogen dicht zal blijven
Ondanks de blaadjes voor het oog


© Hanz Mirck, 2003

terug naar boven




DEBUUT

   Voor Erik Jan Harmens

Wat een raar ding heb jij zeg! Hihi -
lijkt wel een vulpen! Of een microfoon…
Je kan wel zien dat jij
dichter bent!

Goh, wat een gek dingetje.
Een katheder…. en ik heb er een heleboel
gezien hoor.

'Heleboel' heeft ze gezegd. Da's meer dan zes.
Of negentien. Vierhonderd?
Na een arbeidzaam leven heeft niet de man maar
de zelfbewuste vrouw kijk op piemels.

Piemels, ja, een ruime steekproef neemt ze alle mee
En, en… waarmee ze lieve woordjes zegt,
hoe zit het daar -

Doe niet zo gevoelig, zeg ik tegen mezelf,
ze zei toch niet 'kroontjespen'? Of: 'ganzenveer'?
'Potloodstompje?' Concentreer je nu maar
op het schone, ware.

Vergordijn de wereld, het vlijmend licht
met je haar, toch blijft dit almaar waar
ik lig of ben: in menigten.

© Hanz Mirck, 2003


(-)

Het geluk weet niets van mij:
het woont, denk ik, teruggetrokken op het land.
Niemand vertelt het geluk ooit over
het nut van telefoonboeken. Of over regenjassen,
het lover van geboomte, of de liefde.
Niets weet het, helemaal niets. (Het meisje
tegenover me in de trein slaapt
zonder te hebben gezegd waar ze eruit moet.)

Kent het geluk de reeën met gespitst oor
die ik gezien heb langs het spoor?

© Hanz Mirck, 2002

EEN GLAZEN DEUR LIEP DOOR MIJ HEEN

Eens at ik glas. Het was
niet vies. Het smaakte naar
lucht in mijn bloed,
bloed in mijn lucht
naar licht in mijn lijf

Even deed het slikken zeer
maar op ‘t zelfde ogenblik niet meer
De lucht in mijn keel leek vloeibaar
ik ademde en liep vol adem
en mijn woorden waren zo lijdzaam en mild
als niemand ooit van mij had gehoord.
Ik was vol van zoveel rust, opgetild
door mooie kleine belletjes van bloed
vloeiden mijn zinnen zacht naar buiten
tot ik moe was en leeg en vol van liefde
voor wie mijn boterham zo onverwacht
met dunne plakjes glas had belegd
Tja, eens at ik glas.
Glas. Op school. Op brood.
Scherp glas maakt mooie scherpe sneden;
soepel door het vlees, beslist maar teder door de tong
door het tandvlees tot het bot, fruitte de huig,
sneed de amandelen, gleed lui langs de slokdarm
die het tornde tot de maag
En langzaam begon het te schemeren
in de tuin achter de lokalen waar wij niet
mochten komen. Stil blonk de donkere vijver waar
in de les niet naar gekeken mocht worden.

© Hanz Mirck, 2002

terug naar boven


KOME DE NACHT

De Nasa zal de sonde Eros
zal de komende nacht de sonde Eros
uitschakelen.

Daarmee wordt een einde gemaakt Daarmee
wordt een einde gemaakt aan een spectaculaire missie
De sonde heeft een landing gemaakt
een historische landing
op twaalf februari op een pindavormig hemellichaam
van 35 kilometer lang

Daarna had de sonde niet Daarna had
de sonde niet genoeg brandstof meer
om weer op te. Op te. Op te stijg.
Om weer op te stij_

© Hanz Mirck, 2002

CONTACT
Hanz Mirck: hanzmirck@planet.nl

UITGEVERIJ
Vassallucci
Herengracht 505
1017 BV Amsterdam
tel: 020-623.02.70
fax: 020-623.67.61
e-mail: info@vassallucci.nl

BOEKINGEN

SSS
Stichting Schrijvers School Samenleving
Huddestraat 7
1018 HB  Amsterdam
telefoon: 020-623.49.23

Deze pagina is onderdeel van het dagblad voor poëzie Rottend Staal Online


© Hanz Mirck/Rottend Staal Online 2002-2003. Auteursrecht berust bij de auteurs op basis van de Auteurswet 1912. Er mag niets uit deze website worden overgenomen, opgeslagen op media ter verspreiding onder derden, gepubliceerd of anderszins verveelvuldigd zonder uitdrukkelijke, voorafgaande schriftelijke toestemming van de auteurs.