Lieve cursisten. Welkom bij dit vijfde hoofdstuk van
de exclusieve cursus 'Debuteren met poëzie'. Ditmaal
behandelen we de basisbeginselen van het netwerken.
Gastdocent: Catharina
Blaauwendraad
HOOFDSTUK 5: NETWERKEN VOOR BEGINNERS
5.1 Wat is netwerken?
5.2.1 Opdrachten
5.3 Etiquette voor dichters
5.4 Een netwerk is geen vangnet
5.5 Specifiek 'niet doen!' voor dichters
5.6 Specifiek 'doen!' voor dichters
5.7 Netwerken in de praktijk
5.8 Tot slot
Disclaimer:
een aantal onderwerpen in dit hoofdstuk kan ernstige gevolgen
hebben. De cursusleiding en gastdocent aanvaarden geen
enkele verantwoordelijkheid voor problemen die voortkomen
uit het volgen van dit cursusonderdeel.
5.1 Wat is netwerken?
5.1.1 - Netwerken
is het uitbreiden van je kennissenkring met mensen binnen
of aan de rand van jouw vakgebied met het doel elkaar
van dienst te kunnen zijn.
5.1.2 - Belangrijk in deze definitie is 'elkaar'-
kijk niet alleen naar je eigen belang, maar ook naar wat
je voor een ander kunt doen.
5.1.3 - Belangrijk is ook om het woord 'kunnen'
te lezen als 'gelukkig toeval' en niet als 'voor wat hoort
wat' - we hebben het over netwerken, niet over de Cosa
Nostra.
5.1.4 - In het licht van het bovenstaande is het
vooral belangrijk om het netwerk niet hiërarchisch
te zien, maar als een gelijkvloerse structuur te beschouwen.
'Likken naar boven en trappen naar onderen' is in deze
opvatting volkomen misplaatst.
5.1.5 - Je motto zou moeten zijn: 'Wie goed doet,
goed ontmoet.'
5.2.1 Opdracht
Voor algemene wenken en raadgevingen aangaande het
netwerken leze men deze
training - speciaal bedoeld voor freelancers en daarom
het meest geschikt voor dichters.
Meer specifiek voor dichters geldt: je primaire netwerk
bestaat uit collega's. Bindende factor in dat netwerk
is derhalve collegialiteit. Aangezien collegialiteit niets
anders is dan beschaving, tact, wellevendheid en voorkomendheid
onder collega's, komen we nu bij de tweede taak:
5.2.2 Opdracht
Lees een algemeen werk over etiquette:
5.2.2.1 - voor beginners bijvoorbeeld Etiquette
voor Dummies van Sue Fox;
5.2.2.2 - voor gevorderden bijvoorbeeld Hoe
hoort het eigenlijk? van Reina van Ditzhuyzen
(bevat meer historische achtergrondinformatie);
5.2.2.3 - vooral dichters die op het internet actief
zijn zouden zich moeten verdiepen in boeken die extra
aandacht besteden aan omgangsvormen inzake het gebruik
van moderne communicatiemiddelen en nettiquette;
5.2.2.4 - desgewenst kun je je verder specialiseren
in etiquette voor het zakelijk verkeer en internationale
betrekkingen.
5.3 Etiquette voor dichters:
5.3.1 - Laat je door het feit dat je tot een artistieke
beroepsgroep behoort, niet in de verleiding brengen om
de zojuist geleerde regels aan je modderlaarzen te lappen:
etiquette is immers geen lullig burgermans-fatsoen, maar
een intermenselijk glijmiddel
waardoor je sociale leven aanmerkelijk minder stroef zal
aanvoelen.
5.3.2 - Dichters zijn, zoals dat met een afschuwelijk
neologisme heet, concullega's.
Dit houdt in dat je met je soortgenoten zult moeten wedijveren
om een plaatsje in de zon, doch immer op een collegiale
manier. Zelfs (of juist) de "ratten" onder ons
zullen nimmer vergeten dat de rivaal van vandaag de redacteur,
recensent, bloemlezer of festivalorganisator van morgen
kan zijn.
5.3.3 - Negeer de 'vijf minuten per gesprek' -regel
uit de eerder gevolgde netwerk-training:
in de poëzie gaat diepgang voor snelheid en één
echte connectie is meer waard dan tien uitgeworpen lijntjes.
5.4 Een netwerk is geen vangnet:
Een netwerk is een Chinese telefoon die jouw goede naam
naar in alle windrichtingen uitdraagt. Geen netwerk kan
je echter behoeden voor de vrije val die volgt wanneer
jij je eigen naam te grabbel gooit.
5.4.1 Opdracht (facultatief):
5.4.1.1 - Een bekende valkuil is de
borrel: zorg dat je deze eerst even afdekt.
5.4.1.2 - Een dress code is minder van toepassing
op onze beroepsgroep, maar toch is het raadzaam om dit
dossier
kleding even door te lezen; het kan een hoop stress
en gene schelen!
5.5 Specifiek 'niet doen!'
voor dichters:
5.5.1.1 - Roddel nooit! Dit betekent geenszins
dat je een kritiekloze houding aan moet nemen. Zeg alleen
nooit dingen achter iemands rug, die je niet ook in zijn
of haar gezicht zou zeggen.
5.5.1.2 - Wees prettig publiek! Niets oogt arroganter
dan de ostentatieve desinteresse van een dichter, die
de voordracht van een collega kennelijk minder aandacht
waard acht dan zijn of haar eigen optreden.
5.5.1.3 - Pretendeer nimmer iemand te kennen of
iets gelezen te hebben wanneer dit niet het geval is.
5.5.1.4 - Maskeer onwetendheid niet met arrogantie;
dat jij iets niet kent of beheerst betekent niet dat het
daarom onzin zou zijn.
5.5.1.5 - Vermijd kliekvorming! Deel je collega's
- en jezelf! - nooit op in al dan niet conflicterende
clubs en stromingen.
5.6 Specifiek 'doen!' voor dichters:
Je visitekaartje ontleent zijn waarde niet aan het kaartje,
maar aan de visite; de ervaring die men in het netwerk
met je heeft. Alle netwerken is voor niets geweest indien
je deze gouden regels negeert, die van toepassing zijn
op zowel je zakelijke als je privécontacten - en
natuurlijk de hele schemerzone daartussenin waarin het
dichterschap zich gewoonlijk afspeelt:
5.6.1.1 - wees punctueel en respecteer deadlines
(laat anderen niet op je wachten);
5.6.1.2 - wees redelijk bereikbaar en aanspreekbaar
(laat anderen niet achter je aan hoeven zitten);
5.6.1.3 - maak duidelijke afspraken en houd je
er ook aan (laat anderen niet in het ongewisse);
5.6.1.4 - besteed evenveel aandacht en zorg aan
low budget opdrachten als aan prestigieuze klussen (of
weiger ze beleefd);
5.6.1.5 - laat anderen in hun waarde.
Nota bene: ieder van ons heeft wel eens gezondigd
tegen bovenstaande adviezen. Draag daarom je collega's
hun faux pas niet al te lang na, blaas incidenten niet
op tot pathologische tekortkomingen, 'waarschuw' derden
niet te gauw voor de zichtbare en onzichtbare gebreken
van mededichters en doe er, in geval van evidente onverbeterlijkheid,
het zwijgen toe.
5.7 Netwerken in de praktijk
Nu je de basis onder de knie hebt, kun je gaan netwerken,
zelfs al ben je nog niet gedebuteerd. Je moet sowieso
al lang wachten op antwoorden van redacties en uitgeverijen,
dus breng de lessen tijdens het wachten in praktijk!:
5.7.1.1 - Bezit je een auto en bezoek je een poëzie-evenement?
Bied collega('s) een lift aan!
5.7.1.2 - Treedt een dichter(es) uit een afgelegen
streek op in jouw gemeente? Bied hem of haar een slaapplaats
aan (honi soit qui mal y pense)!
5.7.1.3 - Geef als het even kan gehoor aan uitnodigingen
voor presentaties van collega's; je komst wordt op prijs
gesteld!
5.7.1.4 - Bezoek regelmatig evenementen waar je
zelf niet optreedt: zo leer je sneller het poëtisch
landschap en de daarin rondwandelende collega's kennen,
je belangstelling wordt gewaardeerd (als je er niet voor
jezelf moet zijn is het des te leuker dat je er bent)
en een goede toeschouwer wordt wellicht ook betere performer.
5.7.1.5 - Word zo snel mogelijk lid van een vakvereniging
en bezoek de evenementen die deze vereniging organiseert;
zoek bij die gelegenheden vooral ook contact met wie je
niet kent in plaats van reeds bekende mensen;
5.7.1.6 - Bundel je krachten met collega's in een
organisatie ter bevordering van de poëzie op welke
manier dan ook;
5.7.1.7 - Stuur collega's die op een internetforum
zinnige opmerkingen maken en hun bijdrage in gekrakeel
ten onder zien gaan, een kort mailtje om je persoonlijke
instemming te betuigen; vaak komen daar prettige briefwisselingen
uit voort;
5.7.1.8 - Beperk je netwerk niet tot dichters;
er kan veel moois groeien uit de kruisbestuiving met andere
disciplines (beeldende kunst, onderwijs, politiek...)!
5.8 Tot slot:
Bovenstaande lijsten zijn niet volledig en kunnen
door iedere creatieveling op eigen wijze verder in- en
aangevuld worden.
terug naar boven
© Catharina Blaauwendraad / De Contrabas
/ Rottend Staal Online 2006. Auteursrecht berust bij
de auteurs op basis van de Auteurswet
1912. Er mag niets uit deze website worden overgenomen,
opgeslagen op media ter verspreiding onder derden, gepubliceerd
of anderszins verveelvuldigd zonder uitdrukkelijke,
voorafgaande schriftelijke toestemming van de auteurs.