BIOGRAFIE
Tjitske Jansen uit Utrecht, geboren op die frisse voorjaarsdag
van de 3de maart 1971 te Barneveld, is dichter. Daarnaast
werkt zij als toneelschrijfster, actrice, theater- en
schrijfdocent, alsmede als kok, mediterraanse stijl. Ze
won in 2001 de jury- en publieksprijs tijdens de Poëzieslag
in Festina Lente in Amsterdam met het voordragen van haar
poëzie. Poëzie waarover collega's schreven "erg
lichamelijk", "spannend", "brutaal
en intelligent" en "laconiek mooi".
Gedichten van haar hand staan in de bloemlezing Vanuit
de lucht (samenstelling Daniël
Dee, uitgeverij Passage),
die op 18 november 2001 verscheen tijdens het Literatuurfestival
de Wintertuin.
In 2002 is Tjitske onder andere te zien bij De
Nachten (Antwerpen), bij de Poëziemarathon
(Groningen) en bij Wintertuins
Grand City Slam, o.a te Paradiso en op Lowlands.
Op 21 september 2003 verschijnt haar debuutbundel Het
moest maar eens gaan sneeuwen bij Uitgeverij Podium.
Meer over Tjitske vindt u hier.
Raadpleeg ook www.google.com
voor meer over Tjitske.
(-)
Een groot nadeel van er nog niet zijn
je kunt ook nog niet kwijtgeraakt
nog niet verdwalen in een bos
dat toch te klein is voor verdwalen,
in jezelf of in een ander, teruggevonden.
Niet bij alle seringen stilstaan om eraan te ruiken
niet staren naar een laatje pennen en denken
waarom staar ik naar een laatje pennen?
Naar iets anders kijken! Naar de spiegel rennen.
Je kunt ook nog geen zusjes hebben en ook geen broertje
en ook geen broer en ook geen honderd moeders hebben
en niet die vader van je, niet die vrienden.
Je kunt nog nergens blijven, niet van iemand dromen
en ook niet dromen van jezelf als je er nog niet bent.
Je zou het verschil niet weten tussen maandagmorgen
en donderdagavond. Als je er bent kun je een kraan
horen druppen op vrijdag terwijl je in geluiden ligt
van trein en straat en ademhalen.
© Tjitske
Jansen, 2001